Oleander

Meneer B. hield van Italië. De liefde betrof de associaties die het land bij hem opriepen; schoonheid, kunst, cipressen, rustieke heuvels, het dolce far niente. Als hij er was vond hij het er vooral vies, druk en lawaaierig. Maar eenmaal thuisgekomen, gevoed door zijn favoriete literatuur, nam de idylle algauw weer de plaats van de herinnering in.
Op zijn terras stond een oleander, als een soort ode aan het land. In een hierbij passende terracotta pot. Hoe hij aan de plant gekomen was wist hij niet meer. Hij deed hem denken aan de muren en bermen vol oleander die hij in Italië aantrof, aan dicht weelderig groen overdekt met geurende bloemen.
Zijn oleander bleef echter klein en, erger nog, bloeide niet. Meneer B. weet het aan het grimmige Nederlandse klimaat waarin de oleander zijn bloemenpracht weigerde te ontvouwen. Of moest hij hem in een grotere pot zetten? In beslag genomen door dagelijkse beslommeringen vergat hij dat idee weer.
Aan het eind van elk jaar verschrompelde de kleine scherm van groen tot helemaal niets, alsof de plant weigerde nog langer het onderwerp van regen en gure kou te zijn, om in het voorjaar in zijn oude vertrouwde vorm terug te keren. Elk jaar weer. Vanwege deze hardnekkigheid raakte meneer B. toch op de plant gesteld, ondanks het uitblijven van bloemen.

Dat hij geen verstand van planten had ervoer meneer B. toen hij een tuincentrum bezocht, waar hij een plant wilde kopen voor een vriendin, die jarig was. Deze vriendin was een kenner en bezat een grote tuin. Meneer B. verdwaalde in de informatie op de bordjes, in het nog aarzelende groen. Onzeker liet hij zich door een behulpzame medewerker uitgebreid voorlichten.
Nadat hij de plant naar keuze in zijn wagen had gezet viel zijn oog op een verzameling bloeiende gewassen, die plotseling samenvielen met een herinnering en het licht binnenin hem met mediterrane helderheid deed schijnen. Dit waren oleanders. In bloei! Hij zakte door zijn knieën en inspecteerde de planten die heel andere bladen bleken te hebben dan zijn oleander thuis.
Onmiddellijk besloot hij er een te kopen. Terwijl de wielen van het wagentje over de kasseien ratelden kon meneer B. zijn oog niet van de oleander afhouden; de blaadjes en de bloemen trilden van geluk.

Thuis wachtte hem een dilemma. Aanvankelijk was hij van plan geweest de pot van zijn oude oleander te gebruiken. Deze zou hij vullen met de mediterrane aarde die hij eveneens had aangeschaft. Niets mocht aan het toeval worden overgelaten.
Hij had zijn tuinschepje al in de aanslag. Maar op het moment suprême stokte zijn hand. Hij kon het niet. Hij kon de plant die jarenlang trouw was opgekomen en de aanjager was geweest van zijn Italiaanse dromen niet opofferen. De volgende dag zou hij naar het tuincentrum terugkeren om een nieuwe pot te kopen.
’s Avonds vertelde hij – enigszins schuldbewust – het verhaal aan zijn vriendin, die spontaan in de lach schoot. Een oleander die in de winter verschrompelde? Dat zou in Italië een waar mysterie zijn geweest!