Meteen een schoft

Deugen of niet deugen, daar gaat het in deze tijd vaak over. Ook als het over kunst en literatuur gaat. Klassiekers worden onder de loep genomen en gezuiverd van ‘ondeugdelijk taalgebruik’. Geëngageerde romans worden omarmd, omdat die de wereld zouden verbeteren. Kunst en literatuur zouden hoe dan ook een beter mens van je maken. De grote schrijver Philip Roth schreef daarentegen dat je de mens juist moest beschrijven zoals hij is, met al zijn fouten en gebreken. Anders heeft schrijven geen zin. Hij had gelijk.

Migratie
Beschrijven doet Marente de Moor ook in haar laatste boek De schoft. De titel slaat op de hoofdpersoon van het boek, Tom Wilenski, een journalist die meevaart op een vluchtelingenschip om er een reportage over te schrijven. Eerder heeft hij zich kritisch uitgelaten over migratie, maar omdat hij een pseudoniem gebruikt, is de bemanning daarvan niet op de hoogte. Deze bestaat, op één na, uit (jonge) vrouwen, waaronder een tweeling, die non-binair blijkt te zijn. Als de inhoud van zijn telefoon, die Wilenski had uitgeleend aan een bemanningslid om op te laden, bekend wordt en daarmee zijn identiteit, is hij meteen een schoft.

Tegenstellingen
De Moor beschrijft in kort bestek veel tegenstellingen. Wilenski heeft een Poolse vader die in 1969 voor de communisten naar Nederland is gevlucht. Zijn moeder is een product van de jaren zeventig: politiek correct en altijd met haar oordeel over anderen klaar. Geen wonder dat het huwelijk strandde. Tom heeft hierdoor een extra gevoeligheid ontwikkeld over rechtlijnigheid en zoekt altijd de nuance. Het opmerkelijke is dat hij hierdoor, ook door zijn hoofdredacteur, als racist, xenofoob en islamofoob wordt bestempeld. Je deugt al snel niet, zeker als het om gevoelige onderwerpen gaat.

Rechtlijnig
Ook de vrouwen op het schip zijn angstaanjagend rechtlijnig. Het gaat er niet om wie we redden, maar dat wij ze redden, is hun credo. Ze zijn blind voor mensensmokkelaars en het seksisme onder de vluchtelingen, allemaal jongemannen. Zelfs als een van de bemanningsleden verkracht wordt, weten ze hiervoor een acceptabele verklaring te vinden. De vluchtelingen blijven slachtoffers, worden nooit daders. Tom mag hierover niet schrijven: dat zou radicaal-rechts alleen maar in de kaart spelen.

Heiligenverhalen
De Moor vervlecht haar verhaal met heiligenverhalen, Wilenski heeft een exemplaar meegenomen van Legenda Aurea (1265) van Jacobus de Voragine. Ook in deze verhalen offeren vrouwen zich op voor de goede zaak: het ware geloof. Van Agatha werden de borsten afgesneden, bij Lucia de ogen uitgestoken. Oude en nieuwe verhalen komen samen, ook geografisch, want de klassieke martelaressen komen uit het Middellandse Zeegebied waar het schip vaart. Het doet vragen rijzen. ‘Waarom wordt een vrouw pas bewonderd als ze haar vrouwelijkheid ontkent, als ze haar borsten afsnijdt of zich een baard aanmeet?’

Tussenpositie
Wilenski registreert als journalist de feiten. Voortdurend zit hij tussen alles in: hij hoort niet bij de bemanning, al is hij een Europeaan, en niet bij de vluchtelingen. Hij is zowel een Nederlander als een Pool, hoewel de geboorteplaats van zijn vader, Lviv, in het tegenwoordige Oekraïne ligt. Ingeklemd tussen twee generaties die hem de maat nemen (ook zijn dochter doet dat). Hij voelt zich een oude man, die er niet meer toe doet. Hij sluit vriendschap met de Senegalees met wie hij zijn hut deelt die ook overal buiten valt – de enige bij wie hij zich op zijn gemak voelt.

Verplichte vakantiekost
De schoft
laat de werkelijkheid zien door haar in fictie samen te ballen, met grote verbeeldingskracht en in een voortreffelijke stijl. Niet verrassend want Marente de Moor behoort al jaren tot onze beste schrijvers. Verder zou De schoft verplichte vakantiekost moeten zijn voor onze politici, van rechts tot links.